Melk, de calciumleverancier bij uitstek.

Melk, de calciumleverancier bij uitstek.

Melk en haar afgeleiden zijn de voornaamste bron van calcium. Het zuivelrek biedt een zeer breed aanbod: allerhande soorten yoghurt, melkdranken, karnemelk, chocolademelk om nog niet te spreken van het uitgebreide kaasassortiment.
Groene kool, spinazie, broccoli, granen, amandelen, hazelnoten, gedroogde vijgen, sardienen in blik en kalkrijk water bevatten van nature ook calcium. Toch kunnen ze melkproducten moeilijk volledig vervangen. Moeder natuur heeft namelijk bepaald dat ons lichaam calcium uit plantaardige voedingsmiddelen minder goed opneemt dan uit melkproducten.

Calcium in voeding (mg calcium per 100 g of 100 ml)

Bewerken
kaas met harde korst 800 – 1200
smeerkaas 440
yoghurt 150
melk (volle, halfvolle of magere) 120
melkchocolade 110
amandelen, gedroogde vijgen, hazelnoten 200 – 250
waterkers, spinazie, broccoli 100 – 180
extra verrijkt water, type Contrexéville, Vittel, Hépar 400
zacht water type Evian < 100

Aanbevolen hoeveelheid calcium (in mg/per dag)

Bewerken
kinderen < 7 jaar 400 – 600
kinderen < 15 jaar 600 – 800
adolescenten 1000 – 1200
volwassenen 800 – 1000
zwangere vrouwen
vrouwen die borstvoeding geven
vrouwen in de menopauze
1200 – 1500
ouderen 1000 -1200

De rol van Calcium

We worden geboren met 206 verschillende botten: ons skelet.
Het skelet geeft ons lichaam structuur. Onze botten zijn een levend systeem zoals huidcellen  en wordt dus constant vernieuwd. Dit wil zeggen dat het voortdurend tegelijkertijd afgebroken en opgebouwd wordt. Vanaf de leeftijd van ongeveer 30 à 35 verliezen we botmassa.  Gemiddeld ongeveer 0,5% tot 1% per jaar. Dit geldt voor iedereen, zowel voor mannen als voor vrouwen. Maar bij sommige vrouwen kan dat verlies na de menopauze oplopen tot 2% à 5% per jaar. Onze botstructuur geeft onze stevigheid maar met de leeftijd verliest het lichaam dus beetje bij beetje zijn steun en treden er verzakkingen op. De wervels zakken in waardoor mensen voorover lopen en 3, 4, 5 tot zelfs 10cm kleiner worden. Overmatige verzwakking van het skelet verhoogt het risico op botbreuken. Men spreekt van osteoporose wanneer gedurende lange tijd de afbraak van het botweefsel groter is dan de opbouw. Hierdoor wordt het bot te zwak om je gewicht te dragen met breuken tot gevolg. Er treden soms zelfs spontaan breuken op, schijnbaar zonder aanleiding.